Op 2 november is in zijn woonplaats Amsterdam Eric Alexander overleden. Alexander was van 1965 tot 1984 betrokken bij het Toneelmuseum (later Nederlands Theater Instituut), eerst als conservator, later als directeur en algemeen coördinator. Hij heeft veel voor de theatercollectie betekent als actief koper van bijzondere aanwinsten.
Eric Alexander werd geboren in Schiedam en studeerde klassieke talen in Leiden, waarhij via het studententoneel betrokken raakte bij het theater. Hij werd conservator van het Toneelmuseum in Amsterdam, en spande zich daar in om de collectie uit te breiden. Enerzijds deed hij dat door in Europa op veilingen affiches en prenten te kopen en anderzijds door goede persoonlijke verhoudingen op te bouwen met toneelspelers, regisseurs en decorontwerpers, en zo bij nalatenschap hun archieven te verwerven.
Naast zijn werk voor het Toneelmuseum was Alexander redacteur van het wetenschappelijke theaterhistorische tijdschrift Scenarium en was hij internationaal actief bij de wereldorganisaties op het gebied van het theateronderzoek (FIRT) en de musea, bibliotheken en archieven op het terrein van de podiumkunsten (SIBMAS).
Na fusies van het Toneelmuseum met de Nederlandse afdeling van het International Theatre Instituut en de Stichting Theater Klank en Beeld tot het Nederlands Theater Instituut in de jaren zeventig werden sectortaken belangrijker dan erfgoed en bleek Alexander geen ideale manager voor een grote instelling. Hij ging lesgeven aan de Reinwardt Academie. Na het opheffen van het Theaterinstituut was hij een van de aanjagers van protestacties voor het behoud van de collectie en tot recent bleef hij voorstellingen bezoeken. In 2011 was hij, samen met Nico van der Krogt, dé auteur van Openluchttheaters In Nederland.
Eric Alexander is 86 jaar geworden.